Informatie over geluid en trillingen

Geluidsemissiewaarden bepaald conform EN 62841-2-2.

Het A‑gewogen geluidsdrukniveau van het elektrische gereedschap is typisch lager dan 70 dB(A). Het geluidsniveau bij het werken kan de aangegeven waarden overschrijden. Draag gehoorbescherming!

Totale trillingswaarden ah (vectorsom van drie richtingen) en onzekerheid K bepaald volgens EN 62841-2-2:

Vastdraaien van schroeven en moeren van de maximaal toegestane maat: ah < 2,5 m/s2, K = 1,5 m/s2

Het in deze gebruiksaanwijzing vermelde trillingsniveau en de geluidsemissiewaarde zijn gemeten met een genormeerde meetmethode en kunnen worden gebruikt om elektrische gereedschappen met elkaar te vergelijken. Ze zijn ook geschikt voor een voorlopige inschatting van de trillings- en geluidsemissie.

Het aangegeven trillingsniveau en de aangegeven geluidsemissiewaarde representeren de voornaamste toepassingen van het elektrische gereedschap. Wanneer het elektrische gereedschap echter wordt gebruikt voor andere toepassingen, met afwijkende inzetgereedschappen of onvoldoende onderhoud, dan kunnen het trillingsniveau en de geluidsemissiewaarde afwijken. Dit kan de trillings- en geluidsemissie gedurende de gehele arbeidsperiode duidelijk verhogen.

Voor een nauwkeurige schatting van de trillings- en geluidsemissies moet ook rekening worden gehouden met de tijden waarin het gereedschap uitgeschakeld is, of waarin het gereedschap wel loopt, maar niet werkelijk wordt gebruikt. Dit kan de trillings- en geluidsemissies gedurende de gehele arbeidsperiode duidelijk verminderen.

Leg aanvullende veiligheidsmaatregelen ter bescherming van de gebruiker tegen het effect van trillingen vast, zoals: onderhoud van elektrische gereedschappen en inzetgereedschappen, warm houden van de handen, organisatie van het arbeidsproces.

Aanwijzingen m.b.t. de nauwkeurigheid

De verlaging van het toerental (vooral onder 50 %) kan een verlaging van het maximale draaimoment tot gevolg hebben. Het verhoogde toerental bij de Power Boost-modus kan invloed hebben op de nauwkeurigheid en het uitschakelgedrag. De koppeling kan hierdoor doordraaien.

Onderzoeken naar de machinecapaciteit worden gewoonlijk verricht bij 600 min-1 conform VDI 2647.

Veranderingen van het toerental en/of van het draaimoment kunnen de nauwkeurigheid beïnvloeden.

De machinecapaciteit moet met de desbetreffende instelling worden gecontroleerd.